25-7 aankomst Elkaduwa t/m 27-7 aankomst Kandy

25 juli 2018 - Elkaduwa, Sri Lanka

24 t/m 26-7 Elkaduwa We lopen achter met de reisverhalen. Op zich een goed teken natuurlijk! Maar we gaan geen gaten laten vallen, dus terug naar de 24e.

Na het kruidentuinavontuur (iets waarvan toch altijd even een nasmaakje van blijft hangen), bracht onze vriendelijke taxidriver ons keurig naar het guesthouse in Elkaduwa. Achteraf zal zijn baas - met wie de afspraken gemaakt hadden - spijt hebben gehad van de korting die hij bood t.o.v. de meer reguliere rit naar het wat verder maar wel aan de main road gelegen Kandy, want het laatste gedeelte was bepaald een avontuurlijke aangelegenheid. In Europa noemen we zoiets een 'wit weggetje', maar laten we zeggen dat dit een halfje wit was. En er reden zelfs ook nog bussen overheen! Nadat we ons begonnen af te vragen of we wel op de goede weg zaten, stond het Green View Resort ineens aangegeven. Een nog smaller paadje van een kilometer leidde ons naar de plek. We werden direct vriendelijk ontvangen en geholpen. Al gauw zagen we waarom; we waren de enige gasten in dit gedateerde verblijf dat weliswaar de tand des tijds had doorstaan, maar in alles een vergane sfeer uitademde. Het geheel dateerde duidelijk van de periode voorafgaand aan de burgeroorlog. Van de taxichauffeur met wie ik tot aan de kruidentuintussenstop levendig had gesproken (na de tussenstop was hij minder spraakzaam, want teleurgesteld in ons gematigde koopgedrag tijdens die stop) begreep ik dat deze 30 jaar heeft geduurd en in 2010 is beëindigd. Na die tijd is er overigens in sneltreinvaart veel gemoderniseerd in het land (de chauffeur had een paar jaar gewerkt voor Stichting Cordaid, een Nederlandse NGO die veel heeft gedaan in Sri Lanka). Ik had het met de chauffeur ook over de mentaliteit van de Sri Lankanen die je als positief en optimistisch kunt omschrijven. Op een tuktuk las ik achterop 'something is better than nothing'. Men lijkt tevreden met wat men heeft.

Goed, het Green View Resort dus. Green View was niet gelogen. De vrij aftandse kamers hadden werkelijk een machtig uitzicht vanaf het balkon (zie foto's). Inmiddels als achtergrond ingesteld op mijn mobiel....'s Avonds konden we bestellen van de kaart. Dat bleek best een uitdaging, niet zozeer voor ons, maar meer voor de staf (3 man) van het guesthouse. Regelmatig vroegen we ons af waarom het soms lang duurde, later ontdekte we het patroon toen bleek dat de hulp regelmatig met de tuktuk in het dichtstbijzijnde winkeltje de ontbrekende producten moest halen. We gingen dus over tot het vragen wat beschikbaar was. Niet alleen omdat het dan misschien sneller zou gaan, maar ook om gênante situaties te voorkomen. Maar de baas van het guesthouse verzekerde ons telkens met zijn innemende glimlach dat het 'no problem' was. En dat was het uiteindelijk ook niet. Hij regelde het, meteen of met vertraging. Ook regelde hij voor ons een lokale gids voor de volgende dag. We zijn namelijk naar deze plek gekomen om een junglehike te ondernemen. Oorspronkelijk was het plan om dat in de Knuckels Range te doen, een hemelsbreed dichtbij gelegen berggebied. Toen we eenmaal begrepen hoeveel voeten dat in de aarde had, alleen al om er überhaupt te komen (1,5 uur enkele reis per tuktuk), hebben we daar van afgezien en voor een lokale wandeling gekozen.

Nadat we 's avond nog kort het zwembad uitgeprobeerd hadden (een korte bodydip, want het water was van de verkeerde soort groen en het was ook fris), een goede nachtrust en een behoorlijk ontbijt, stond onze gids keurig op tijd klaar de volgende ochtend. Hij ging ons voor 2.500 roepies (14 euro) een halve dag meenemen. Een vriendelijke man, maar....op slippers! Hoe moest dat nou goed komen? Iets na half 10 vertrokken we bergop. Hoewel het niet super warm was liep het zweet al snel in stralen van ons af vanwege de luchtvochtigheid. We hadden bovendien lange broeken aan die we in ons sokken stopten tegen de bloedzuigers. Wat zijn dat een akelige beestjes. Ze kruipen via je schoenen in je sokken of, erger nog, tussen je sokken en broek door op je onderbeen. Daar zuigen ze zich gelijk vast, dus regelmatig hadden we een bloedzuiger-tussenstop. Uiteindelijk had alleen ondergetekende daadwerkelijk een bloedplek, alle andere zuigertjes waren voortijdig onschadelijk gemaakt. De tocht zelf duurde 4,5 uur waarin we heel wat hoogtemeters hebben afgelegd, ontelbare plantensoorten zagen en regelmatig aanwijzingen kregen van onze stoïcijns doorslipperende gids, die ons wees op koffieplanten, gember, kaneel, jasmijn, avocado, kruidnagel, cacao, lemongrass, etc. Het kruidje-roer-me-niet deed het ook goed bij de jongens. Onze kennis van het planten- en dierenrijk is bepaald niet tropisch, maar de fikse schorpioen die midden op het pad liep, hadden we gelukkig op tijd in de gaten. De omgeving waarin we liepen was deels wild en weelderig en deels gecultiveerd. Sri Lanka is natuurlijk wereldberoemd om haar thee en dat konden we tijdens de tocht goed zien. Goed onderhouden theevelden in overvloed. Met een beetje fantasie waan je jezelf in de koloniale tijd van het Britse Rijk. Bijzonder om de theepluksters aan het werk te zien te horen kakelen met elkaar. Toen ze ons in de gaten kregen was het 'hi' en 'hello' waarna het werk weer voortging en wij onze tocht voortzetten. Na ruim 2,5 uur gelopen te hebben hadden we de keuze om de korte route te kiezen of een grotere lus te lopen van 8 km waarvan het laatste deel via de 'main road' (de eerder genoemde weg). We hadden de smaak te pakken dus kozen we voor de laatste optie. Na nog eens 2 uur vooral downhill te zijn gelopen waren we rond 14 uur weer terug in het 'resort'. Potje kaarten, lezen, middagdutje, mobieltjes checken, dat soort werk. De tijd tevens benut om een eerder vastgelegd verblijf voor de nog tussenstop in Nuwara Elia (spreek uit: nwaarelia) te annuleren en te vervangen door een betere optie. Het diner was wederom een beetje behelpen en dat gold ook voor de drankjes (de tuktuk moest weer uitrukken). En er waren eerder die middag twee nieuwe stellen gearriveerd; twee kranige dames op leeftijd en nog een ander stel, dat onzichtbaar bleef. De dames bleken zich, net als wij de eerste uren, duidelijk geen raad met het onbestemde sfeertje in het lege 'hotel' met die belachelijk grote eetzaal. Jack Nickelson zou zich hier thuis hebben gevoeld.

Na wat potjes rikken en lamzakken was het tijd om de knop om te zetten naar de volgende halte op onze reis: Kandy. Na een redelijke nachtrust de rugzakken weer ingepakt, wat steeds meer routine begint te worden. Rustig ontbeten en de benodigde roepies afgetikt bij de immer goedlachse manager. We zijn het pad afgelopen naar beneden en de tuktuk bracht keurig onze spullen achter ons aan. We moesten 3 kwartier wachten op de bus, maar uiteindelijk stapten we op, tussen de schoolkinderen richting Wattegama en van daaruit - na een overstapje - naar Kandy. Hemelsbreed nog geen 20 kilometer, maar het duurde toch zo'n 1,5 uur. Niet vreemd want de bus stopt overal en bereikt nooit een aanvaardbare snelheid op de bochtige drukke wegen. Om 14 uur waren we, na voor ons gevoel zo maar ergens in Kandy te zijn gedropt (wat achteraf bleek mee te vallen), aangekomen bij ons volgende guesthouse. De in de reviews beloofde inderdaad alleraardigste eigenaar stond ons al op te wachten en we voelden ons meteen thuis. Prima kamers, mooi uitzicht, lekkere temperaturen en een fijn kopje ontvangstthee. Kortom, genoeg ingrediënten voor nieuwe perspectieven en indrukken. Ik laat het voor nu hierbij. (Over)morgen meer; it's Kandy-time!

Boudewijn

Foto’s

4 Reacties

  1. Femke:
    27 juli 2018
    Leuk om te lezen en die foto's! Ik ben jaloers ;-).
  2. Stephaan:
    27 juli 2018
    Fijn zo’n verhaal! Zeker met de foto’s en video’s een heel mooi beeld vN jullie belevenissen. Dank!
  3. Miriam:
    27 juli 2018
    Wat zijn die vruchten in de boom eigenlijk? Verder weer leuk om jullie verhalen te volgen 👍🏼
  4. Tamara:
    28 juli 2018
    Dat zijn avocados. Je ziet ze hier veel te koop maar we hadden ze nog niet op ons menu helaas!